Een woordje vooraf

Enkele jaren geleden kreeg ik van Nonkel Willy (een boekliefhebbend familielid en boekbinder-hobbyist) het boek “De Vlaamsche Ardennen” van Omer Wattez. Ik woon in Zingem, nu beter gekend onder de fusiegemeente Kruisem, aan de rand van die Vlaamse Ardennen. Nonkel Willy had het boek op een plek waar oude boeken verkocht worden gevonden en helemaal heringebonden. Wattez beschrijft lyrisch en opvallend fris na honderdentien jaar zijn geboortestreek. Het boek dat ik kreeg, is één van de originele exemplaren uit 1914, uitgegeven in één deel. In 1926 zou zijn boek in drie aparte delen verschijnen. Het boek is gesigneerd door de schrijve rmet een monogramstempel, maar dat zijn alle boeken zoals er staat.

Tijdens de zomer van 2024 nam ik op een onbewaakt moment het boek terug ter hand. Ik had destijds enkel de passages gelezen die verband hielden met het dorp waar ik woon en met enkele plekken die ik ken. Ik las de inleiding en was verbaasd over de bijzondere stijl waarmee Wattez zijn lezer toespreekt:

Vriend lezer ! Als ge op reis gaat, vergeet niet het nodige gerief, en vooral niet uw beurze …/…Zij dient als sleutel om zoo wat overal toegang te vinden, om alle deuren te openen ; want de aartsvaderlijke tijden, toen dle reiziger onvergeld bii zijnen evenaaste .gastvrijheid kon genieten zijn voorbij. De blinkende metalen schiif jes, met het beeld van den koning er op geslagen, zijn in onze beschaafde eeuw het “Sesam, ga open” uit de « Duizend en één Nacht », de wonderlijke Arabische tooververtellingen. “

Daarna neemt hij uitgebreid de tijd om de lezer te adviseren de streek te gaan verkennen maar erop te letten geen “kniezers” mee te nemen als reisgezelschap:

“Zorg vooral, dat er in ’t reisgezelschap geene gromli1ers, noch kniezers ,zijn. Dat is eene leelijke soort van menschen!  En· er loopen ongelukkig nog te veel exemplaren van dat genus rond. Ze scheppen een helsch plezier u aanstonds het gewone, het gemeene, het alledaagsche, de leelijke zijde van iets te doen opmerken on uw genot te bederven. Als het kan zijn, laat zulke menschen nooit met u op reis gaan; Laat die brekespellen, die knorrepotten thuis tusschen hunne oude muffige muren. Daar zijn ze op hunne plaats, als eene slek in hare schelp.”

Aangezien er dit jaar geen vakantiereis op mijn programma staat, besloot ik om de “Wandelingen en Uitstapjes”, zoals Wattez zijn beschrijvingen noemt, over te doen en en na te gaan wat er van die Vlaamse Ardennen van 1914 is overgebleven. Ik ga geen nieuwe versie van Wattez’ boek schrijven al was het maar omdat streekinformatie vandaag alomtegenwoordig is en steeds in onze broekzak zit. Wattez zou niet weten wat hem overkwam, mocht hij al die websites en toeristische apps ontdekken. Hoe bijzonder is het om de zin te lezen “Aan al degenen aan wier werken ik stof daartoe ontleende zeg ik mijnen dank, vooral aan den heer Heins voor de puike teekeningen, waarmede hij mijn boek versierde”. Copyright wordt met een onschuldige verontschuldiging opgelost en voor foto’s was het nog te vroeg. Het eerste echte fotorolletje zag pas het licht in 1930. Wattez zou vijf jaar later overlijden.

Ik zal schrijven in een stijl die geinspireerd is op die bijzondere lyriek die het boek zo kenmerkt. Mijn teksten zullen, zoals Wattez zegt, versierd worden met foto’s en video’s, genomen in zijn voetsporen.

Lezer, wees gewaarschuwd!

De Schrijver.